cushion
US /ˈkʊʃ.ən/
UK /ˈkʊʃ.ən/

1.
2.
buffer, stootkussen, demper
something that protects against impact or provides a soft landing
:
•
The air bags provide a safety cushion in a car crash.
De airbags bieden een veiligheidskussen bij een auto-ongeluk.
•
The thick carpet acts as a sound cushion.
Het dikke tapijt fungeert als een geluidskussen.
3.
buffer, reserve, spaarpot
a sum of money kept in reserve
:
•
They have a financial cushion to fall back on.
Ze hebben een financiële buffer om op terug te vallen.
•
The company built up a cash cushion during the good years.
Het bedrijf bouwde een kasbuffer op tijdens de goede jaren.
1.
verzachten, dempen, opvangen
to soften the effect of an impact or blow
:
•
The thick snow helped to cushion his fall.
De dikke sneeuw hielp zijn val te verzachten.
•
The new policies are designed to cushion the impact of rising prices.
De nieuwe beleidsmaatregelen zijn ontworpen om de impact van stijgende prijzen te verzachten.