complicate
US /ˈkɑːm.plə.keɪt/
UK /ˈkɑːm.plə.keɪt/

1.
compliceren, ingewikkelder maken
make (something) more difficult or confusing by causing it to be more complex.
:
•
The new regulations will only complicate matters.
De nieuwe regels zullen de zaken alleen maar ingewikkelder maken.
•
His sudden departure might complicate our plans.
Zijn plotselinge vertrek kan onze plannen compliceren.