Betekenis van het woord carpooling in het Nederlands

Wat betekent carpooling in het Engels? Ontdek de betekenis, uitspraak en specifiek gebruik van dit woord met Lingoland

carpooling

US /ˈkɑːrˌpuː.lɪŋ/
UK /ˈkɑːrˌpuː.lɪŋ/
"carpooling" picture

Zelfstandig Naamwoord

1.

carpoolen, samen rijden

an arrangement among a group of people to travel together in one car, sharing the cost and often taking turns driving

Voorbeeld:
We save money on gas by carpooling to work every day.
We besparen geld op benzine door elke dag te carpoolen naar het werk.
The company encourages carpooling to reduce traffic congestion.
Het bedrijf moedigt carpoolen aan om verkeersopstoppingen te verminderen.

Werkwoord

1.

carpoolen, samen rijden

to travel together in one car, sharing the cost and often taking turns driving

Voorbeeld:
They decided to carpool to the concert to save money.
Ze besloten te carpoolen naar het concert om geld te besparen.
Do you want to carpool with me tomorrow?
Wil je morgen met mij carpoolen?
Leer dit woord op Lingoland
Gerelateerd Woord: