artifact
US /ˈɑːr.t̬ə.fækt/
UK /ˈɑːr.t̬ə.fækt/

1.
artefact, voorwerp
an object made by a human being, typically an item of cultural or historical interest
:
•
The museum displayed ancient Roman artifacts.
Het museum toonde oude Romeinse artefacten.
•
Archaeologists discovered several valuable artifacts at the excavation site.
Archeologen ontdekten verschillende waardevolle artefacten op de opgravingslocatie.
2.
artefact, verstoring
a spurious or misleading observation or result arising from the investigative procedure itself
:
•
The unexpected peak in the data was later identified as a measurement artifact.
De onverwachte piek in de gegevens werd later geïdentificeerd als een meetartefact.
•
Noise in the image was an artifact of the camera's low-light settings.
Ruis in de afbeelding was een artefact van de lage-lichtinstellingen van de camera.