ahead of time
US /əˈhɛd əv taɪm/
UK /əˈhɛd əv taɪm/

1.
van tevoren, voor de tijd
before the scheduled or expected time
:
•
We arrived at the airport an hour ahead of time.
We kwamen een uur voor de geplande tijd aan op de luchthaven.
•
It's always good to prepare your presentation slides ahead of time.
Het is altijd goed om je presentatiedia's van tevoren voor te bereiden.