Betekenis van het woord about in het Nederlands
Wat betekent about in het Engels? Ontdek de betekenis, uitspraak en specifiek gebruik van dit woord met Lingoland
about
US /əˈbaʊt/
UK /əˈbaʊt/
Voorzetsel
1.
over, betreffende
on the subject of; concerning
Voorbeeld:
•
What are you talking about?
Waar heb je het over?
•
I'm worried about her health.
Ik maak me zorgen over haar gezondheid.
2.
ongeveer, rond
used to express approximation
Voorbeeld:
•
It's about five o'clock.
Het is ongeveer vijf uur.
•
There were about twenty people there.
Er waren ongeveer twintig mensen daar.
Bijwoord
1.
bijna, op het punt staan
nearly; almost
Voorbeeld:
•
He was about to leave when the phone rang.
Hij stond op het punt te vertrekken toen de telefoon ging.
•
The movie is about to start.
De film staat op het punt te beginnen.
Bijvoeglijk Naamwoord
1.
aanwezig, in de buurt
present or in existence
Voorbeeld:
•
There's no one about.
Er is niemand in de buurt.
•
Is there any food about?
Is er nog eten in de buurt?
Leer dit woord op Lingoland