Betekenis van het woord TV in het Nederlands

Wat betekent TV in het Engels? Ontdek de betekenis, uitspraak en specifiek gebruik van dit woord met Lingoland

TV

US /ˌtiːˈviː/
UK /ˌtiːˈviː/
"TV" picture

Zelfstandig Naamwoord

1.

tv, televisie

a device that receives television signals and reproduces them on a screen

Voorbeeld:
We bought a new TV for the living room.
We hebben een nieuwe tv gekocht voor de woonkamer.
The kids are watching cartoons on TV.
De kinderen kijken tekenfilms op tv.
2.

televisie, uitzending

the broadcasting of programs for public viewing

Voorbeeld:
What's on TV tonight?
Wat is er vanavond op tv?
She works in TV production.
Ze werkt in de tv-productie.
Leer dit woord op Lingoland
Gerelateerd Woord: