staggering

US /ˈstæɡ.ɚ.ɪŋ/
UK /ˈstæɡ.ɚ.ɪŋ/
"staggering" picture
1.

verbijsterend, verbazingwekkend

deeply shocking and astonishing

:
The cost of the project was a staggering amount.
De kosten van het project waren een verbijsterend bedrag.
She made a staggering discovery.
Ze deed een verbijsterende ontdekking.
1.

wankelend, struikelend

walking or moving unsteadily, as if about to fall

:
He came out of the bar, staggering slightly.
Hij kwam de bar uit, lichtjes wankelend.
The injured player was staggering off the field.
De geblesseerde speler wankelde van het veld af.