spotter
US /ˈspɑː.t̬ɚ/
UK /ˈspɑː.t̬ɚ/
1.
spotter, waarnemer
a person who observes and identifies something, especially aircraft, birds, or trains, as a hobby
:
•
The plane spotter spent hours at the airport, noting down every aircraft.
De vliegtuigspotter bracht uren door op de luchthaven en noteerde elk vliegtuig.
•
Bird spotters often travel to remote areas to see rare species.
Vogelspotters reizen vaak naar afgelegen gebieden om zeldzame soorten te zien.
2.
spotter, begeleider
a person who assists a weightlifter by standing by to take the weight if necessary
:
•
He asked his friend to be his spotter during his heavy bench press set.
Hij vroeg zijn vriend om zijn spotter te zijn tijdens zijn zware bankdrukset.
•
Always use a spotter when lifting weights, especially if you are pushing your limits.
Gebruik altijd een spotter bij het gewichtheffen, vooral als je je grenzen verlegt.