Betekenis van het woord slovak in het Nederlands
Wat betekent slovak in het Engels? Ontdek de betekenis, uitspraak en specifiek gebruik van dit woord met Lingoland
slovak
US /ˈsloʊ.væk/
UK /ˈsloʊ.væk/

Zelfstandig Naamwoord
1.
Slowaak
a native or inhabitant of Slovakia, or a person of Slovak descent
Voorbeeld:
•
The Slovak community in our city is very active.
De Slowaakse gemeenschap in onze stad is erg actief.
•
He is a proud Slovak, deeply connected to his heritage.
Hij is een trotse Slowaak, diep verbonden met zijn erfgoed.
2.
Slowaaks
the West Slavic language that is the official language of Slovakia
Voorbeeld:
•
She is learning Slovak to communicate with her grandparents.
Ze leert Slowaaks om met haar grootouders te communiceren.
•
Many historical documents are written in old Slovak.
Veel historische documenten zijn geschreven in oud Slowaaks.
Bijvoeglijk Naamwoord
1.
Slowaaks
relating to Slovakia, its people, or its language
Voorbeeld:
•
We enjoyed the traditional Slovak cuisine.
We hebben genoten van de traditionele Slowaakse keuken.
•
The Slovak mountains offer stunning views.
De Slowaakse bergen bieden adembenemende uitzichten.
Leer dit woord op Lingoland