Betekenis van het woord nonstop in het Nederlands
Wat betekent nonstop in het Engels? Ontdek de betekenis, uitspraak en specifiek gebruik van dit woord met Lingoland
nonstop
US /ˌnɑːnˈstɑːp/
UK /ˌnɑːnˈstɑːp/

Bijwoord
1.
non-stop, ononderbroken
without stopping or pausing
Voorbeeld:
•
The train traveled nonstop for five hours.
De trein reed vijf uur non-stop.
•
She talked nonstop about her vacation.
Ze praatte non-stop over haar vakantie.
Bijvoeglijk Naamwoord
1.
non-stop, ononderbroken
done or happening without stopping
Voorbeeld:
•
We had a nonstop flight to London.
We hadden een non-stop vlucht naar Londen.
•
The party was nonstop fun.
Het feest was non-stop plezier.
Leer dit woord op Lingoland