midget
US /ˈmɪdʒ.ɪt/
UK /ˈmɪdʒ.ɪt/
1.
dwerg, klein persoon
a person who is unusually small
:
•
The circus featured a talented midget clown.
Het circus had een getalenteerde dwergclown.
•
She felt like a midget standing next to the basketball player.
Ze voelde zich een dwerg naast de basketballer.
1.
mini, dwerg
extremely small
:
•
They built a midget racing car for the competition.
Ze bouwden een mini-racewagen voor de wedstrijd.
•
The midget submarine was used for covert operations.
De mini-onderzeeër werd gebruikt voor geheime operaties.