Betekenis van het woord hotel in het Nederlands
Wat betekent hotel in het Engels? Ontdek de betekenis, uitspraak en specifiek gebruik van dit woord met Lingoland
hotel
US /hoʊˈtel/
UK /hoʊˈtel/

Zelfstandig Naamwoord
1.
hotel
an establishment providing lodging, meals, and other services for travelers and tourists
Voorbeeld:
•
We booked a room at a luxurious hotel for our vacation.
We boekten een kamer in een luxueus hotel voor onze vakantie.
•
The hotel offers a swimming pool and a fitness center.
Het hotel biedt een zwembad en een fitnessruimte.
Leer dit woord op Lingoland
Gerelateerd Woord: