highlight
US /ˈhaɪ.laɪt/
UK /ˈhaɪ.laɪt/

1.
benadrukken, markeren, accentueren
to emphasize or make something stand out
:
•
The report highlights the need for better education.
Het rapport benadrukt de noodzaak van beter onderwijs.
•
She used a marker to highlight the important points in the text.
Ze gebruikte een markeerstift om de belangrijke punten in de tekst te markeren.
1.
hoogtepunt, topmoment
the best or most interesting part of something
:
•
The highlight of the trip was visiting the ancient ruins.
Het hoogtepunt van de reis was het bezoeken van de oude ruïnes.
•
The evening news showed the highlights of the football match.
Het avondnieuws toonde de hoogtepunten van de voetbalwedstrijd.