hand saw
US /ˈhænd sɔː/
UK /ˈhænd sɔː/

1.
handzaag
a saw operated by one hand, typically used for cutting wood
:
•
He used a hand saw to cut the wooden planks.
Hij gebruikte een handzaag om de houten planken te zagen.
•
A good carpenter always keeps his hand saw sharp.
Een goede timmerman houdt zijn handzaag altijd scherp.