Betekenis van het woord friday in het Nederlands

Wat betekent friday in het Engels? Ontdek de betekenis, uitspraak en specifiek gebruik van dit woord met Lingoland

friday

US /ˈfraɪ.deɪ/
UK /ˈfraɪ.deɪ/
"friday" picture

Zelfstandig Naamwoord

1.

vrijdag

the day of the week before Saturday and after Thursday

Voorbeeld:
I'm looking forward to Friday.
Ik kijk uit naar vrijdag.
The meeting is scheduled for next Friday.
De vergadering staat gepland voor aanstaande vrijdag.
Leer dit woord op Lingoland
Gerelateerd Woord: