Betekenis van het woord duplex in het Nederlands
Wat betekent duplex in het Engels? Ontdek de betekenis, uitspraak en specifiek gebruik van dit woord met Lingoland
duplex
US /ˈduː.pleks/
UK /ˈduː.pleks/

Zelfstandig Naamwoord
1.
duplex, twee-onder-een-kapwoning
a house or building divided into two apartments, with a separate entrance for each.
Voorbeeld:
•
They bought a duplex with the intention of renting out one of the units.
Ze kochten een duplex met de bedoeling om een van de eenheden te verhuren.
•
Living in a duplex offers more space than an apartment.
Wonen in een duplex biedt meer ruimte dan een appartement.
2.
duplex, tweewegscommunicatie
a system of telecommunications allowing simultaneous two-way transmission of data.
Voorbeeld:
•
The new communication system uses a duplex mode for efficient data transfer.
Het nieuwe communicatiesysteem maakt gebruik van een duplex-modus voor efficiënte gegevensoverdracht.
•
Full duplex allows both parties to speak and listen simultaneously.
Volledig duplex stelt beide partijen in staat om tegelijkertijd te spreken en te luisteren.
Bijvoeglijk Naamwoord
1.
duplex, tweevoudig
having two parts or elements.
Voorbeeld:
•
The printer has a duplex function, allowing it to print on both sides of the paper.
De printer heeft een duplex-functie, waardoor hij op beide zijden van het papier kan afdrukken.
•
A duplex fiber optic cable can transmit and receive data simultaneously.
Een duplex glasvezelkabel kan gegevens gelijktijdig verzenden en ontvangen.
Synoniem:
Leer dit woord op Lingoland