Betekenis van het woord brother-in-law in het Nederlands

Wat betekent brother-in-law in het Engels? Ontdek de betekenis, uitspraak en specifiek gebruik van dit woord met Lingoland

brother-in-law

US /ˈbrʌð.ər.ɪn.lɑː/
UK /ˈbrʌð.ər.ɪn.lɑː/
"brother-in-law" picture

Zelfstandig Naamwoord

1.

zwager

the brother of one's husband or wife

Voorbeeld:
My brother-in-law is coming to visit next week.
Mijn zwager komt volgende week op bezoek.
She gets along well with her brother-in-law.
Ze kan goed opschieten met haar zwager.
2.

zwager

the husband of one's sister

Voorbeeld:
My sister's husband, my brother-in-law, is a great cook.
De man van mijn zus, mijn zwager, is een geweldige kok.
I went fishing with my brother-in-law last weekend.
Ik ben vorig weekend gaan vissen met mijn zwager.
Leer dit woord op Lingoland