brackish
US /ˈbræk.ɪʃ/
UK /ˈbræk.ɪʃ/
1.
brak
slightly salty, as is the mixture of river and seawater in estuaries
:
•
The estuary water was brackish, a mix of fresh and salt.
Het estuariumwater was brak, een mix van zoet en zout.
•
Few plants can tolerate the brackish conditions of the marsh.
Weinig planten kunnen de brakke omstandigheden van het moeras verdragen.
2.
onaangenaam, vies
unpleasant or disagreeable in taste or smell
:
•
The old coffee had a brackish taste.
De oude koffie had een onaangename smaak.
•
The air in the abandoned building had a brackish smell.
De lucht in het verlaten gebouw had een onaangename geur.