Betekenis van het woord ancestor in het Nederlands
Wat betekent ancestor in het Engels? Ontdek de betekenis, uitspraak en specifiek gebruik van dit woord met Lingoland
ancestor
US /ˈæn.ses.tɚ/
UK /ˈæn.ses.tɚ/

Zelfstandig Naamwoord
1.
voorouder
a person, typically one more remote than a grandparent, from whom one is descended
Voorbeeld:
•
My ancestors came from Ireland.
Mijn voorouders kwamen uit Ierland.
•
We can trace our family back to a famous ancestor.
We kunnen onze familie terugvoeren op een beroemde voorouder.
Synoniem:
2.
voorloper, prototype
a prototype or early version of something
Voorbeeld:
•
The first steam engine was an ancestor of modern locomotives.
De eerste stoommachine was een voorloper van moderne locomotieven.
•
This early computer is the direct ancestor of today's powerful machines.
Deze vroege computer is de directe voorloper van de krachtige machines van vandaag.
Leer dit woord op Lingoland